De kerk is een soort moestuintje
Geschreven door Ineke LudikhuizeVorig jaar begonnen we de buurtmoestuin. Met de zegen van Hennie, die namens de gemeente waakt over ons groen, haalden we gemeentelijk groen weg en plantten snijbiet, courgette, aardbeien en nog zo wat. Dat gaf veel vrolijkheid in de buurtapp en in de moestuin. Ons tuintje leverde, naast gezelligheid, veel eetbaars op. Ik heb van m’n leven nog nooit zo veel snijbiet en courgettesoep gegeten. Er werd ook geklaagd: dat het zo’n gesjouw was met water (droog voorjaar), dat het zo diep bukken was, dat er zoveel tuinmansverdriet (onuitroeibaar onkruid; wordt ook wel zevenblad genoemd) in ons moestuintje zat…
Dat hebben we allemaal opgelost. Wij moestuinieren nu op stahoogte in appelbakken, die we van water kunnen voorzien via een eindeloos lange tuinslang. Geen tuinmansverdriet meer te bekennen in de hoge moestuin.
Even op appelbakhoogte
Het belangrijkste onderdeel van de moestuin is het bankje tussen de bakken. Het staat de hele dag in de zon en als je er op gaat zitten, zit je nooit lang alleen.
De kerk is voor mij zo’n moestuin. Ik kom er net zo graag. Je bent samen, je doet eens iets nuttigs, er stroomt water, je tilt je gezicht naar de zon vanaf een harde bank, je praat onder de koffie en je neemt een maaltje van het een of ander mee naar huis. Het verdriet tiert welig op de grond, maar je bent even op appelbakhoogte.